Op dinsdagavond 17 december zijn we naar Heemskerk gegaan om daar, onder leiding van Arend de Jong, te gaan zoeken naar de bosuilen. We verzamelden om 20.00 uur en in het donker liet hij zijn uilenroep enkele keren horen en vanuit meeerdere kanten kwam er antwoord ! Het was heerlijk om te luisteren naar de roepende bosuilen om ons heen en op een gegeven moment zagen we een schaduw van een bosuil tussen de takken door vliegen en Inge wist meteen waar deze was gaan zitten en dirigeerde de sterke lamp van Arend naar de juiste plek. Jos volgde het licht met de camera en kon meteen een plaatje schieten van zijn eerste bosuil. Even later konden we nog een bosuil in het licht van de lamp zien en verder hebben we het alleen met de prachtige geluiden van deze uilen moeten doen. Het was erg leuk om dit eens mee te maken en we zijn Arend dan ook erg dankbaar voor zijn tijd en uitleg. Arend is onlangs nog op de tv geweest met een stukje over zijn uilen werkzaamheden langs de Noord Hollandse kust en als u op de volgende link klikt kunt u dit filmpje even bekijken :
http://www.youtube.com/watch?v=EqUnOvsRTiY
Twee plaatjes van de bosuilen in Heemskerk :
foto's © Jos Spijkerman
Het vervangen van oude en beschadigde nestkasten is iets wat binnen de werkgroep jaarlijks terug komt en het najaar is het meest ideale moment om deze werkzaamheden uit te voeren. Ron en Jurrian zijn bij een boerderij, waar twee oude kasten hingen, langs geweest om de oude kasten te vervangen door nieuwe exemplaren en Jurrian heeft hier een leuk filmpje van gemaakt en op Youtube geplaatst. We hopen dat jullie dit leuk vinden en in het nieuwe seizoen willen we ook van de andere werkzaamheden, waaronder het ringen van jonge vogels, filmpjes online gaan plaatsen.
Het filmpje op Youtube :
Ondanks het feit dat we dit jaar geen nesten met Ransuilen hebben kunnen ringen zijn er wel meldingen binnengekomen van Jonge Ransuilen en zelfs twee keer vanuit Wormer. Tijd dus om er naar toe te rijden en op een van de aangegeven plaatsen te controleren. 2 Volwassen Ransuilen en twee jonge exemplaren gevonden en allen in goede gezondheid. Snel een paar plaatjes geschoten en ze weer met rust gelaten om ze niet te verstoren, want ze waren reeds wakker en hielden ons scherp in de gaten.
Blijf alstublieft uw Uilenmeldingen doorgeven, want we kunnen het niet alleen. Alvast bedankt .
Tekst en foto's © Jos Spijkerman
De broedresultaten van 2013 zijn bekend, maar nog niet definitief gemaakt, want we hebben nog een paar nesten met broedsels in de regio.
Normaal zijn we eind Juni wel klaar met het controleren van de nesten en het ringen van de jonge vogels, maar door de lange winter zijn de vogels laat begonnen met nestelen en worden her en der nog steeds broedsels gevonden. Mede door het late voorjaar kunnen we spreken van een terugloop in het aantal broedparen in onze regio en dat is ook landelijk het geval geweest. Procentueel doen we het nog niet eens zo slecht, maar toch zijn we best geschrokken van de getallen zoals we die tot nu toe hebben verzameld.
Even een lijstje met de soorten en het aantal jonge vogels dat we hebben kunnen ringen dit jaar ( met erachter het aantal van 2012 ) :
Buizerd : 27 ( 29 )
Havik : 9 ( 15 )
Sperwer : 5 ( 5 )
Bruine Kiekendief : 5 ( 13 )
Slechtvalk : 1 ( 4 )
Torenvalk : 59 ( 100 )
Steenuil : 19 ( 14 )
Kerkuil : 32 ( 56 )
Ransuil : 0 ( 13 )
Veel mislukte broedsels hebben we ook aangetroffen dit jaar en dat was opvallend, vooral bij de Buizerds.
Geen enkel Ransuilen nest kunnen ringen, maar op 1 locatie zijn wel 2 jonge exemplaren waargenomen die niet geringd waren.
Het gaat goed met de slechtvalken, ook al is dit niet aan de ringgegevens te zien. We hebben te maken met gevechten om de beschikbare kasten en dat heeft een impact op het broeden. Het aantal geringde kerkuilen kan nog toenemen, want daar hebben we nog broedsels van in de kasten. De Bruine Kiekendief heeft klappen gehad dit jaar en we hopen op een herstel in 2014, want deze prachtige vogel hoort in onze regio thuis. Het aantal jonge Torenvalken is bijna gehalveerd dit jaar en ook daar zijn we van geschrokken. Gezien de late broedsels kunnen we alleen maar hopen dat de winter nog even op zich laat wachten dit jaar, want anders kunnen we nog veel jonge vogels gaan verliezen.
Foto © Marc van Bakel
Uilen ringen met de hoogwerker
Bij boer Van S. zaten de kerkuilen dit jaar wel op een heel bijzondere plek.
In de grote schuur, waar vroeger het losse hooi werd bewaard, is een systeem gebouwd van buizen, met een doorsnee van ongeveer een halve meter. Hierdoor werd in het inmiddels verre verleden (voordat de hooibaal zijn intrede deed) vanaf de hooiwagen het hooi naar de hooizolder geblazen. Het hooiblazer systeem is inmiddels verouderd en hier en daar ontbreken delen van het buizenstelsel. Pa en moe kerkuil dachten hierin een mooie plek te vinden om hun eieren te leggen en hun kroost op te voeden. Een prima keus, want ze waren verdraaid lastig te bereiken op 11 meter vanaf de begane vloer en zeker 8 meter vanaf de hooizolder! Waarom in een door onze werkgroep geplaatste kast nestelen, als je ook hier hoog en droog een broedplaats kan vinden? Bij controle in afgelopen maand mei was het nog redelijk gemakkelijk om met de spiegelstok in de nestruimte te kijken. We troffen toen 5 eieren en later 4 jongen aan. Maar wat te doen, als de uiltjes geringd moesten worden? Hoe bereik je zo’n moeilijke plek, zonder jezelf in gevaar te brengen? De boer en zijn zoon gaven ons echter de oplossing: “We hijsen jullie met onze hoogwerker tot zo dicht mogelijk bij het nest “Een prima plan!
Zaterdag 3 augustus was het zover. Nadat pa en moe uil uit een van de twee aanwezige nestkasten waren gehaald, waar ze de dag al rustend doorbrengen, moe een ring om kreeg en van pa het ringnummer, dat al om zijn poot zat, werd geregistreerd en ze daarna weer rustig waren teruggeplaatst, toog het gezelschap belangstellenden richting hooiberg. Met veel gemanoeuvreer werd de hoogwerker op zijn plek gezet en kon Jurrian, goed gezekerd en met prima klimtuig, dat over een van de nokbalken werd bevestigd, zijn klimtocht beginnen. Met enige moeite konden de jonge uilen uit de ruimte worden gehaald en kon Ron aan zijn ringwerk beginnen.
We hadden al gezien dat pa uil een kruising was van de lichte uilenvariant (tyto alba alba) en de donkere variant (tyto alba guttata). Gevolg hiervan is dat zijn onderzijde veel lichter is dan van de meeste kerkuilen in onze omgeving. Onder de vier dochters (te zien aan de tekening op het al volgroeide verenkleed) was eveneens een lichtere variant.
Nadat alle gegevens door Ellen op het ringformulier waren geregistreerd konden de uiltjes weer voorzichtig worden opgehesen in speciale zakjes die we bij het ringen gebruiken en door Jurrian worden teruggeplaatst in de nestholte om tot rust komen. Al met al een bijzondere ringsessie!!
tekst Rein Beentjes . Foto's © Jos Spijkerman