• Header
  • Header
  • Header
  • Header
  • Header
  • Header
  • Header
klogozwart

Vogelbeschermingswacht Zaanstreek
Werkgroep Roofvogels en Uilen

GRAUWE KIEKENDIEF, Circus pygargus, Montagu’s Harrier, Wiesenweihe, Busard cendré

Kenmerken: Zowel man als vrouw lijken sterk op Blauwe Kiekendief, maar zijn wel iets kleiner en slanker. Man is donkerder blauwgrijs en heeft 1 zwarte vleugelstreep boven en 2 aan de onderzijde en geen witte stuitvlek. Vrouw heeft lichtere koptekening en kleinere witte stuitvlek. Juveniele Blauwe en Grauwe Kiekendieven zijn moeilijk van elkaar te onderscheiden.

L 43-50 cm. SW 98-110 cm.

Geluid: kekker hoger en scheller dan van Blauwe Kiekendief.

Voedsel: Slaat vooral kleine prooien; muizen, kleine vogels, hagedissen en insecten die vaak op grote afstand van het nest worden verzameld. Slaat ook vogels in de vlucht, wat andere kiekendieven niet kunnen.

Voorkomen: Vogel van uitgestrekte steppengebieden en moerassen, vooral in Noordoost Europa. In Europa ca. 40.000 broedparen. In Nederland rond 1950 ca. 250 broedparen nu zeer schaarse broedvogel met 36-47 broedparen vnl. in grootschalig akkerland in Groningen en Flevo. Het broedresultaat is in hoge mate afhankelijk van nestbescherming. Trekvogel, die overwintert ten zuiden van de Sahara. Grauwe Kiekendieven vliegen tijdens de trek elke keer ca. 200 km en slapen tijdens de nacht onderweg vaak in bomen. In Afrika waaieren ze uit over een groot gebied. Zenderonderzoek met 50 vogels afkomstig uit Groningen, Noord Duitsland, Polen en Rusland heeft veel data opgeleverd over trekgedrag en routes.

foto© Mervyn Roos